woensdag 31 januari 2018

Affiches

Beste Jo,

Oude filmaffiches spreken tot onze verbeelding. Wat een mens in zijn jeugd ziet blijft haperen.
Op zulke afftches zie je vaak het verhaal van de film in een aantal beelden voorgesteld.
Zo kocht ik deze oude affiche.


Frank stuurde deze affiches op:





En een wijsheid die we ter harte moeten nemen:


zaterdag 27 januari 2018

Sint Michielskerk: de vrienden

"De vrienden van de Sint Michielskerk". We zouden daar lid moeten van worden....

En misschien een activiteit organiseren?

Soorten activiteiten

De volgende activiteiten kunt u organiseren in de Sint-Niklaaskerk:
  • traditionele muziek met dansgelegenheid
  • klassieke concerten
  • tentoonstellingen
  • culinaire evenementen
  • verkoop van boeken of tweedehandsspullen
Zijn niet toegestaan:
  • luide versterkte muziek
  • overmatig drankgebruik



Luid versterke muziek. Bruno speelt toch eerder stil he?
Overmatig drankgebruik kunnen we reserveren voor de Bornem.


Activiteiten

meer dan een kerk alleen

De vereniging Vrienden van de Sint-Niklaaskerk organiseert zelf activiteiten in de kerk, maar stelt de ruimte ook ter beschikking van geïnteresseerden die een eigen activiteit wensen te organiseren. Benieuwd naar de komende activiteiten? Ontdek ze in de kalender hieronder! Ook van enkele voorbije activiteiten vind je hieronder een (foto)verslag.

Wil je van de kerk gebruik maken om zelf een activiteit te organiseren? Lees hier meer over de voorwaarden voor gebruik, de praktische afspraken en de technische details van de  ruimtes. Klaar om uit de startblokken te schieten? Voor je verder gaat met de organisatie van de activiteit, dien je een aanvraag in bij de vereniging Vrienden van de Sint-Niklaaskerk.






vrijdag 26 januari 2018

George Minne

Tekening RS




Dat ene beeld van George Minne dat overal opduikt met frivole strooien hoed. Er is ook een foto:  strak in het pak en met een echte hoed...


Tekening RS

Minne Richard en Gerard

Tekening RS

Gerard & Richard ontmoeten elkaar
zomaar hier op papier.

Ronald

George Minne Veiling


Volgende week: George Minne te koop in Gent/Mariakerke.

http://www.dvc.be/ 
















dinsdag 23 januari 2018

Blond

Beste Jo

We spreken af in een nieuw café....

Nieuw café tegen racisme en seksisme: "Ik wil alle Gentenaar... (Gent) - Het Nieuwsblad



Mooiste plein
Wat de mensen vooral moet samenbrengen, is de muziek, met occasionale concerten en dj’s van allerlei origine en geaardheid. Daarvoor is Blond alleszins alvast goed gelegen, net tussen discotheek Club 1847, een hotspot bij Afrikaanse Gentenaars, en vzw vzw Habbekrats, de jeugddienst voor kwetsbare jongeren. Goossens: “Dit moet het mooiste pleintje van Gent worden. En ja, ik droom van een terras. Jammer van de parking, maar daar kan in de toekomst misschien een mouw aan worden gepast.”(tsa)  



maandag 22 januari 2018

Callewaert & Minne


Beste Jo, 

In een gesprek vraagt Joost Florquin naar de schilderijen die achter Minne hangen.



Ze hebben beiden net naar een tekening van Jules De Bruycker gekeken (waarover later meer) maar Minne zegt: 


"Ernaast is een zelfportret van René Callewaert, een van de weinig schilders met wie ik geestelijk kontakt had. Hij las veel en deed er een Dostojevski- en Van Gogh-complex bij op. Om in de lijn te blijven, is hij dan ook jong gestorven. Dat getormenteerd buitengezicht ernaast is ook van hem."

Tja, "om in de lijn te blijven, is hij dan ook jong gestorven". Vriendschap & ironie. Minne kan het niet laten. 


Ik ben nieuwsgierig naar meer te weten te komen over René Callewaert: "een van de weinig schilders met wie ik geestelijk kontakt had". 

Callewaert dus. Eerst Wikipedia enkele weetjes. Charles-René Callewaert (1893-1936) volgde tussen 1909 en 1914 een opleiding aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Gent.  De eerste jaren de lessen Antiek Beeld en daarna de drie volgende jaren  hij de klas Levend Model (was George Minne zijn leraar? Dat moet wel). Na de Eerste Wereldoorlog volgde hij nog lessen en 1924 werd hij leraar tekenen aan de Academie. Ik citeer maar wat Wikipedia schrijft:

"Hij debuteerde in romantisch realisme. Na een periode in expressionistische stijl (1923-1926) keerde hij terug naar een grauw realisme. Zijn onderwerpen waren stillevens, Gentse stadsgezichten, portretten en landschappen."

Verder leer ik dat Callewaert na 1926 meer en meer verdween uit het kunstleven. Net daarvoor had het MSK Gent zijn schilderij Pleintje in de sneeuw aangekocht. We moeten dat schilderij eens gaan bezoeken.



Verder wordt het schilderij de Daken vermeld:


Daarover leer ik:

De daken is een panorama dat Callewaert schilderde en de omgeving van zijn atelier op de 2e verdieping toont met centraal de Drongenkapel en een boomgaard. Het atelier was gevestigd in het vroegere Karmelietenklooster, uitgevend op de Trommelstraat. Leonard De Buck, Karel van Belle en Jules De Bruycker hadden hier ook hun schildersezel staan.

Trouwens: "er is van Jules De Bruycker een aquarel met een vergelijkbaar uitzicht bekend (Museum voor Schone Kunsten Gent)". Ook dat werk moeten we gaan bezoeken.


En ook dat is interessant: Callewaert woont begin jaren 20 van 20ste eeuw in de Hoogstraat samen met zijn moeder, een zuster en een broer (zijn atelier bevond zich in het gewezen Karmelietenklooster). Dat moeten we aan Bruno Deneckere vertellen.


En laat ik zijn einde (Callewaert) ook maar vermelden gezien het iets vertelt over zijn leven:

"Als gevolg van zijn verslaving aan morfine die hij opgelopen had door de morfinebehandeling bij drie opeenvolgende operaties aan het hoofd tussen 1916 en 1918, overleed hij plots op betrekkelijk jonge leeftijd."

Op zijn blog citeert Geert Van Damme, "Charles-René Callewaert (1893-1936): een vergeten schilder".

"Bij een op een stuk tekenpapier gekrabbelde schets noteerde hij in 1918: "Depuis tant de nuits déja, Morphée, le doux Morphée m'a abandonné, et c'est l'étrange dieu de la morphine qui le remplace - étrange, captivant, despotique, mafaisant il-est; il enroule mon esprit, alourdissant étrangement mon corps, me fait rêver de songes plus réels que la réalité et fait de moi son esclave"."

Wat je ook interessant zal vinden (zie de foto's van Jean Ray/John Flanders die je me doorstuurde (gevonden bij Geert Van Damme):

"'s Nachts zwerft Callewaert door de Gentse straten, af en toe ziet de Gentse schrijver Raymond De Kremer (alias Jean Ray/John Flanders) hem rondlopen. Deze noteerde hierover later in de krant De Dag (14.07.1936): "Af en toe ontmoette ik [hem] later te Gent: een bleke man, die bij voorkeur 's nachts als een schim voorbijschoof in de grote schaduwen onzer oude monumenten, doch dat hij bovendien streed tegen de duistere problemen van dit leven. Er zat neurose in zijn bloed en hij deed denken aan De Quincey. Zijn werk en zijn leven waren aangegroeid tot een reusachtige nachtmerrie. [...] Ware Callewaert schrijver geworden in plaats van schilder, dan zou hij vast het sombere spoor hebben gevolgd, waarin Dostojevsky, de goddelijke Russische neuropaat, zo hard heeft geleden en gestreden. Maar René Callewaert was niet alleen schilder; hij was tevens een denker en omdat hij zoveel nadacht, had hij angst te handelen. in zijn brein was het een voortdurende moordpartij tussen de dualiteit van geest en stof"."
En tot slot wat Richard Minne over hem schreef: 
"Deze "dualiteit van geest en stof" probeerde Callewaert tevens in zijn werken te leggen. Richard Minne schreef hierover in Kunst. Maandblad voor oude en jonge kunst (1930 nr. 1: 64): "Men is er gauw bij om een schilder “litterair” te noemen. Er wordt zelfs veel geronseld met dat woord. Maar van de twintig die het in pejoratieven zin gebruiken zijn er geen drie die er dezelfde omschrijving van geven. Het moet, in den wandel, nochtans dienst doen als een soort tegenhanger van het begrip “zuivere plastiek”. Mij is dat begrip abstrakt en onbruikbaar bij de schepping als het begrip “poésie pure” bij het maken van een gedicht. We kunnen, omtrent dit alles, slechts vaststellen dat er, ontegensprekelijk, en goddank!, bij de besten een wisselwerking bestaat tusschen de verscheidene kunstuitingen. Zijn er tal van litteratoren die, om zoo te zeggen met het penseel schrijven, er zijn ook enkele schilders die in hun doeken een zekere gemoedstemming weten te leggen die op litteraire bronnen te[r]uggaat. En ik zal de laatste zijn om mij er over te beklagen. Zeker, deze kultureele aanwinst kan voor de plastischen kunstenaar een tweesnijdend wapen worden. De mogelijkheid bestaat dat hij er iets van zijne konstruktieve kracht bij inschiet, maar dit is geenzins noodzakelijk. Deze aanwinst kan evengoed zijn werk een nieuwe weelde bijzetten. Wie van u G[é]rard de Nerval kent en de melankolieke, soms wrange fantazie van Ch. René Callewaert weet te waardeeren zal me volkomen begrijpen"."


"Een vergeten schilder". Zo zag hij eruit of beter zag hij zichzelf:



En zo zijn atelier:





zaterdag 20 januari 2018

Zadel nog eens mijn paard

Beste Jo

Uit de foto's die je stuurde koos ik het volgende detail. Titel & beeld staan me wel aan.


Minne Richard: Eikeldreef


Beste Jo,

Ik kom je halen in de Eikeldreef in de Pinte voor onze reis naar het huis waar Richard Minne woonde: in de Eikeldreef 16 in Sint Martens Latem. Als dit toeval geen teken van hierboven is dat we op de goede weg zijn, weet ik het ook niet meer. 

(wordt vervolgd)


PS
Aan de Eikeldreef 16 woonde vanaf 1928 de in Gent geboren schrijver-dichter Richard Minne (1891-1965). Het originele woonhuis is ondertussen afgebroken.




PS
Richard Minne, schrijver en dichter geboren te Gent, woonde hier in een vorige versie van de woonst op huisnummer 16. Hij woonde hier vanaf 1928. In 1965 overleed hij plotseling en werd hij begraven op het kerkhof van Sint-Martens-Latem. George Minne is naast vele meesterlijke werken ook de ''vader'' van de Gentse poppenheld Pierken. Hij schreef de Gentse verhalen fonetisch op in het Gente dialect. De bekende kunstenaar Frits van den Berghe maakte tekeningen bij de teksten.
Read more at https://www.routeyou.com/nl-be/location/view/47225696/huis-van-richard-minne#v0jRUSv087SEPrZ1.99
 
(de schrijver verwart Richard met Georges als vader van Pierke). 

Minne Georges: Vaders en Zonen

Georges Minne: de verloren zoon

Beste Jo
Je vertelt aan de telefoon dat je naar jouw vader ging die je als een heemkundige beschrijft. 89 is jouw vader, kras maar wat doof voeg je eraan toe.
Wie naar zijn vader terug gaat, voelt zich steeds de verloren zoon. 
In het Museum voor Schone Kunsten te Gent staat er zo’n verloren zoon van George Minne (1896).



Je vertelt dat je welkom was bij jouw vader omdat hij veel te vertellen had over onze staties.
Ach ja, dat verwelkomen van de verloren zoon is door zoveel kunstenaars in beeld gebracht. Wat Minne betreft, valt het natuurlijk op dat vader en zoon elkaar naakt ontmoeten en ook wel een wat vreemde positie innemen. Hun geslachtsorganen raken elkaar en de zoon gaat van de grond. Het lijken wel geliefden. Broeders. Een pièta voor mannen. Misschien is de zoon wel dood.
Meestal zien we bij Minne moeder en kind verschijnen. Het kind dat naar de schoot van de moeder terug keert. Deze keer is het de vader. Hun armen zijn onontwarbaar en daardoor is het een verwarrend beeld en ontmoeting. Critici schreven dat het beeld een omkering suggereert:
“de vader die door het vertrek - de geboorte - van de volwassen geworden zoon die hij verwekte ten dode was opgeschreven, blijkt hier tot nieuw leven gewekt door diens terugkeer - zijn sterven” (Stefan Beyst, juni 2012).
Er is leven na de dood.

Ik denk niet dat de ontmoeting van jouw vader zo verliep maar kom, het was toch Jo, de zoon – al of niet verloren – die met de vader praat. Niet over Georges maar over Richard. Ook vaders hebben hun helden. Jouw vader die weigert zijn hoorapparaat in te steken, laat staan aan te zetten. En toch is het geen dovemansgesprek. Jouw vader die vertelt...
(wordt vervolgd)

PS We moeten een bezoek brengen aan het beeld in MSK Gent. 

vrijdag 19 januari 2018

Kruisweg Coolens

Beste

Berten Coolens (vader van Wouter) was een goede vriend (via de zoon dan voornamelijk maar toch ook wel een goede kameraad). Ik mocht een speech geven op zijn begrafenis en ik leerde veel van hem.
Hij blijkt ook een kruisweg gemaakt te hebben:




donderdag 18 januari 2018

Bornem: Sint Michielskerk

RS
De kleuren van de deuren en de gordijnen accorderen beter in het echt. Dus een betere foto is nodig.

Bornem: Tulpen









Maeterlinck, Georges Minne, Vekemans



Minne & Tulpen & Pieter-Jan Holvoet


Beste Jo,
Ik lees en lees. En soms ga ik ook eens op café. In de Bornem bijvoorbeeld. En daar staan altijd verse tulpen: 


Van Tulpen gesproken, Minne schreef een gedicht over tulpen.


Soms tussen tulpen bloeit een tulp vreemdsoortig

– van donkre vlam doorbeefd – in ‘t zelfde bed,

lijkt de andere uit een aarde en zon geboortig

maar grillig opgegroeid naar eigen wet;



soms tussen de klanken en de plechtige kroning

van het akkoord schrijnt plots de dissonant;

soms tussen ‘t lamme schaapsvolk van den koning

rijst op de muiter, ‘t ijzer in de hand; –



o Gij, die vaste banden breekt, oerkracht,

gij zijt misschien het enige wat blijft,

en voor het aangezicht van God gebracht

geen schaamte om laksheid voelt die d’aadren stijft.



Van weemoed en melancholie naar opstandigheid.

Richard Minne

En wat lees ik verder? Een recensent van een dichtbundel van Piet-Jan Holvoet (Meander): 'Spelen met de woorden van andere dichters' schrijft:
"Ik kan een moeilijk afscheid van het leven en de oprechte bewondering voor Van Ostaijen niet verzoenen met dat soort ‘grappen’. Als er dan toch met woorden gegoocheld moeten worden – en ik erken de noodzakelijkheid van het spel als spel –, dan verkies ik gedichten zoals ‘Dinska Bronska’ van Karel van den Oever of een versregel zoals ‘Soms tussen tulpen bloeit een tulp vreemdsoortig’ van Richard Minne.

 En tot slot. Nog een verwijzing. Je weet dat Pieter-Jan Holvoet over Van Ostaijen geschreven heeft. Een bedevaart naar Miavoye geïnspireerd door onze Richard.





 Een kruisweg of een bedevaar. Wat is het verschil? 

Ik laat Richard Minne aan het woord uit een interview met Florquin.

Florquin: En voor Van Ostaijen had u het ook niet. Ik herinner u aan het gedicht ‘De wespen en de appelaar’ waar u over Adam en Eva schrijft:



Maar het eerste koppel

was nog niet gewend

aan de nuance. Hun taal

 was ruw nog als het erts

en zonder decadente draaien:

kss kss prprprpr boem!

(zie Paul van Ostaijen)

Minne: Dat was inderdaad een pijltje. Het is in elk geval zo dat ik meer hou van zijn proza dan van zijn gedichten. Maar ik had niets tegen Van Ostaijen. Toen hij gestorven was, heb ik voorgesteld een boek over hem uit te geven met als titel de naam van de plaats waar hij overleden was: Miavoye-Anthée en ik wenste van dit dorp een bedevaartoord te maken.

Interview met Hind: Bornem & Cowboy


Hoe vroeg ben jij je als vrouw bewust geworden van jouw keuzes?

FRAIHI: Ik ben zelfstandig, vrij en onafhankelijk opgevoed. Ik kom uit een mannenhuis, had drie broers – echte haantjes, maar nooit vrouwonvriendelijk. Mijn moeder las geen kinderverhaaltjes voor, maar reciteerde naast ons bed Arabische dichters. Prachtige gedichten met veel rondingen, bijna feministische pamfletten. Mijn vader had een levensstijl die je nogal vrij kunt noemen. Hij was zowel cowboy als anarchist. Na twee zonen verlangde hij intens naar een dochter. Hij vroeg het eerst aan Allah, en stapte daarna de kerk van Bornem binnen om het aan Jezus te vragen. Ten slotte trok hij naar de zee, waar hij aan de branding om een meisje stond te schreeuwen. Toen ik werd geboren, is hij Allah, Jezus en de zee gaan bedanken.

Vergeleken bij mijn vader ben ik vrij conformistisch. Hij liftte op zijn zeventigste nog naar Marokko, terwijl ik nog nooit gelift heb. Ik sta te kijken van die serendipiteit, dat impulsieve, dat ik niet meer toelaat in mijn leven. Figuurlijk ben ik wél vaak met de duim omhoog onderweg. Het freelanceleven heeft een hoog cowboygehalte. Freelancen is een moderne vorm van liften.

woensdag 17 januari 2018

Georges Minne: muurschilderij in het Minne Huis


Beste Jo,
Iets mee doen?
RS

De Bruyacker: theater

De schouwburg (Lohengrin)
In het MSK Gent.


Beste Jo,
Ik moet dit aanvullen met de ets die bij mijn moeder thuis hangt. Een man op de rug die naar theater of opera kijkt.

dinsdag 16 januari 2018

Minne: Zevergem, Gen (Oude Kerkweg) Latem

Uit Biografie | George Minne:

In 1892 huwt George Minne met Joséphine Destanberg (1869-?), dochter van de vrijzinnige Gentse dichter Napoléon Destanberg en Lucie-Colette Vereecke. De relatie met zijn vader, die het werk van zijn zoon bekritiseert, is intussen ernstig verslechterd.
Wars van drukte en uiterlijk vertoon, ontvlucht Minne in 1893 de stad en vestigt zich met zijn vrouw in Zevergem, een dorpje in de buurt van Gent, waar hun eerste zoon George geboren wordt. Minne tracht er als boer in zijn levensonderhoud te voorzien. Het boerenleven is echter niets voor hem en in 1894 verhuist hij met vrouw en kind terug naar Gent (Oude Kerkweg, 6). Het gezin leeft in armoede..

Intussen is Minne, op aandringen van Valerius De Saedeleer, in de zomer van 1899 naar Sint-Martens-Latem verhuisd, en hij zal er, met uitzondering van de oorlogsjaren, tot aan zijn dood in 1941 blijven wonen.

Georges Minne & Gent: Lange Violettestraat

Uit biografie van Georges Minne: 

George Minne wordt geboren in Gent op 30 augustus 1866 als zoon van Frédéric Auguste Minne en Emma Coralia Delphine Vankakerken. Hij is het tweede van vier kinderen. Het gezin woont in de Lange Violettestraat, dicht bij het Klein Begijnhof. Zijn vader is architect en ook Georges één jaar oudere broer Jules zal later architect worden.

Georges Minne: Cercle & Ekkergem

Leden van de Cercle Artistique et Littéraire

Quelques artistes fûrent simplement non admis pour des raisons pas toujours inspiré par leur qualité.
Et les places libérées suite aux démissions fûrent complétés avec : Isidoor Verheyden (1885), Guillaume Charlier (1885), Felicien Rops (1886), Henry de Groux (1886, mais exclu en 1890), Anna Boch (1886), Georges Lemmen (1889), Henry Van de Velde (1889) et Georges Minne (1890). 
 

 

Georges Minne & Patershol




Toen aan het begin van de 19de eeuw er steeds meer industrialisatie kwam, werd het Patershol een buurt waar veel arbeiders gingen wonen. Veel van de grote gebouwen werden afgebroken of opgedeeld in kleinere arbeiderswoonsten, wat tot het ontstaan van beluiken leidde. Toen de industrie en z'n werknemers zich op het eind van de 19de eeuw naar de buitenwijken verplaatsten, werd het Patershol met z'n nauw stratenpatroon geleidelijk een achtergestelde buurt of getto.

Niettemin vond er vanaf het einde van de 19de eeuw een artistieke bohème inspiratie: Joseph Paelinck, Hyppolyte Le Roy, Julius De Praetere, Karel van de Woestijne, Valerius De Saedeleer, Georges Minne, Frits Van den Berghe (en andere leden van de latere zgn. Eerste en Tweede groep van Latem), en vooral Jules De Bruycker. 

 Tot in de jaren zeventig bleef die getto-toestand niettemin bestaan, waarna vanaf begin jaren 1980 de oude wijk dankzij zijn centrale ligging en historische waarde stadsbestuur en privé-investeerders aantrok die zorgden voor restauratie, renovatie en toeristische opwaardering. De bestrating met kasseien bleef grotendeels behouden. (Wikipedia)

Uit de biografie van Minne:
Het jaar 1886 betekent een totale ommekeer in het oeuvre van Minne. Hij verlaat de Academie en betrekt een atelier in het Patershol in het oude centrum van Gent.

"Hij studeerde aan de Gentse academie en had een atelier in het Minderbroedersklooster in het Patershol (Het Pand)."




Richard Minne


Richard Minne & Firtz van den Berghe

Joos Florquin, Ten huize van... 2 · dbnl



Florquin: U hebt dan een heel stuk geschiedenis van Latem meegemaakt.

Richard Minne: Ik heb vooral Gust de Smet goed gekend. Ik ging bijna alle dagen met hem boogschieten en bollen. Een schilderij van hem bezit ik helaas niet, ook al had hij er mij een beloofd. Ook Frits van den Berghe heb ik goed gekend maar te Gent dan, want hij was hier al weg toen ik hier kwam. Hij maakte toen de tekeningen bij de Brief van Pierken, die ik schreef voor het links satirisch weekblad Koekoek, waarin literaire en politieke prominenten op de korrel werden genomen. De hoofdtekening was ook altijd van Frits. In Vooruit schrijf ik nu nog om de week zo een opstel.






Richard Minne verhalen



Brief tekening


Beste Jo

We hadden het over brieven en tekeningen. Over schrijven en tekenen. Ik sprokkel wat inzichten van anderen: